Deze week zijn we gestart met ons nieuwe thema: ‘de supermarkt’. Jules kwam met een lege zak de klas binnen en vertelde dat hij graag wil leren hoe je boodschappen moet doen. Dat werd meteen onze uitdaging!

We begonnen met een praatplaat en ontdekten zo heel wat nieuwe woorden die bij dit thema horen: kassa, betalen, centjes, kaart, groenten, fruit, vlees, drinken, mand, winkelkar… Zo groeide onze actieve woordenschat al meteen.

Daarna besloten we de zak te gaan vullen en trokken we op uitstap naar de supermarkt. Met een boodschappenlijstje in de hand wisten we precies wat we nodig hadden. Samen zochten we alle producten, legden ze in de winkelkar en gingen daarna betalen aan de kassa. Wat waren de kinderen trots dat ze echte boodschappen konden doen!

Terug in de klas richtten we onze winkelhoek in. Hier kunnen de kinderen volop oefenen met tellen, sorteren en vooral ook met sociale vaardigheden zoals samen kiezen, betalen en wachten op je beurt. Op die manier ervaren ze zelf hoe het eraan toe gaat in een echte winkel.

Aan de wiskundetafel mochten de kinderen gericht fruit zoeken en sorteren op soort, kleur of vorm. Zo oefenen we spelenderwijs het logisch denken en leren we vergelijken. We maakten ook een werkje waarbij de kinderen het fruit volgens een legende in de juiste kleur moesten inkleuren – een oefening die goed is voor het leren koppelen van symbool en betekenis.

En natuurlijk hoort proeven er ook bij! We bekeken samen al het lekkers dat we uit de supermarkt hadden meegebracht. Daarna sneden we het fruit in stukjes en maakten we kleurrijke fruitbrochettes. Dit was niet alleen heel lekker, maar ook een leerrijke activiteit: de kinderen oefenden hun fijne motoriek bij het snijden en prikken, leerden veilig omgaan met materiaal en genoten samen van gezond eten. Mmmmm, smullen maar! 🍇🍓🍏